Faro NP - Reisverslag uit Yaoundé, Kameroen van Hermen Visser - WaarBenJij.nu Faro NP - Reisverslag uit Yaoundé, Kameroen van Hermen Visser - WaarBenJij.nu

Faro NP

Door: Hermen

Blijf op de hoogte en volg Hermen

29 April 2010 | Kameroen, Yaoundé

29 april, Maroua
Gisteren kwam ik in de avond terug van een klein weekje veldwerk in Faro Nationaal Park, in het westen van Kameroen aan de grens met Nigeria. Dit keer kreeg ik assistentie van Joost van Wijk, een goede vriend van me. Hoewel het park waar het het landschap aangaat mooier is dan Bénoué en Bouba Ndjidda, veel meer dan wat kobs, duikers, oribi, hartebeest en eland hebben we niet gezien. De enkele leeuwen die het gebied telt lieten zich niet zien en we vonden slechts een handjevol poep. Toch hebben we een toptijd gehad.

Reis
Vorige week donderdag vertrokken we in de ochtend vanuit Maroua. Joost was nog niet eerder in Afrika geweest en keek zijn ogen uit. De huizen van klei en riet, de geiten, schapen, ezels en koeien, de mannen die liggend in de schaduw van de bomen hun dagen slijten, de horizon en de vreemde rotsformaties, alles waar ik inmiddels vertrouwd mee ben geraakt en dat nauwelijks wordt opgemerkt door mijn dagdromende ogen (de lange weg naar de parken leg ik doorgaans in een roes af, waarin tijd niet bestaat), legde hij vol verwondering vast op de gevoelige plaat. In Garoua verloor hij zijn haar bij een kapper die niet goed wist wat hij met Europees haar aan moest en pas na een moeizame uitleg begreep dat je met een tondeuse tegen de haarrichting in moet gaan. Ook leerde hij dat je geen geld moet geven aan bedelende kinderen. Toen hij dat deed dromden ze om hem heen als een school piranha's die bloed ruiken. Hij kon nog net een veilig heenkomen zoeken in de auto.

Vanaf de hoofdweg die Ndjamena (in Tsjaad), Kousseri, Maroua, Garoua en Ngaoundere met elkaar verbindt, sloegen wij rechtsaf naar het westen. Zodra we van de grote weg af waren, waren we ook van de zeurende kinderen af. In plaats van "Nasara cadeau! Donnez moi le bisquit/bic/bouteille/... vul maar in" zwaaiden en lachten ze naar ons. Kleine kinderen verscholen zich verlegen achter hun grotere broertjes of zusjes, babies begonnen te huilen. We reden door ruig, vulkanisch gebergte en na een pas met een prachtig uitzicht kwamen we in Poli. Poli is een fantastisch dorpje waar je als blanke ongestoord een rondje door de golfplaten en het zwerfvuil kunt lopen.

Ontbering
Laat in de avond kwamen we vermoeid en bezweet aan in Faro Nationaal Park. Het park is niet op toeristen berekend, die komen er namelijk niet (blanken die het gebied bezoeken doen dat om te jagen in een van de vele jachtzones die het gebied rijk is). Het 'campement' bestaat uit een kantoor voor de conservateur, een verzameling hutjes voor de gidsen en twee verschrikkelijk stinkende hokjes met een gat in de vloer. Een ruimte van het kantoor wordt bewoont door de Leidse studentes Saskia, Sofia, die onderzoek doen naar carnivoren, en Ali Petit, het jonge aapje dat zij verzorgen. Wij kregen een andere ruimte in hetzelfde kantoor toegewezen. Al ontbreken er enige faciliteiten, elektriciteit is er wel. Het wordt opgewekt met zonnecellen. Maar ondanks een werkende ventilator, die wij uit Maroua hadden meegebracht, was de eerste nacht een hel. Mijn huid prikte van het tijdens de reis verzamelde vuil en van buiten kwam een verschrikkelijke geur naar binnen drijven. Dat bleek de volgende ochtend afkomstig van een nijlpaard dat in ter consumptie mee was genomen uit het park en lag te rotten in het gidsenkamp.

Wandelen
Onze eerste dag veldwerk bestond uit een wandeling in de Mayo Faro. In tegenstelling tot de rivieren in Bénoué en Bouba Ndjida staat deze rivier vol water dat van de bergen bij Ngaoundere naar Nigeria stroomt. De oevers zijn haast tropisch. In de bomen hangen lianen en tussen de bladeren op de bosvloer groeien planten die je bij ons op de vensterbanken van wegkwijnende bejaarden vindt. Maar ondanks de overvloed aan plantaardig voedsel, zagen we maar weinig planteneters: veel nijlpaarden, een paar kobs. Carnivoren lieten zich helemaal niet zien, we vonden alleen wat sporen van hyena's die door onze gids voor leeuwensporen werden aangezien. Gidsen zijn sowieso niet zo betrouwbaar in Faro, ze weten niets van de natuur en zeggen maar wat.

Wat ik die avond wel geloofde was de mededeling dat de broer van Birri, onze gids, op sterven lag. Twee mannen waren te voet uit een dorpje gekomen om het nieuws te vertellen. Ik stuurde Mahammet met de auto om hem naar de zieke te brengen. Zo kon hij wellicht medicijnen kopen, of iets anders doen. Toen hij een paar uur later terugkwam rook Birri naar alcohol (hij drinkt whisky uit plastic zakjes) en deelde mee dat zijn jongere broertje was overleden aan dysenterie. De jongen was 22. Ondanks het gebeurde vergezelde Birri ons de volgende dag toch tijdens ons veldwerk. Hij had namelijk heel zijn vorige maandsalaris besteed aan medische zorg voor zijn broertje en had geld nodig om de begrafenis te betalen. Zo gaat dat hier.

Patrouille
Na een loze rit via de route centrale de volgende morgen ging ik naar de jachtzone 18 bis om toestemming daar te mogen zoeken. Saskia en Sofia hadden ons namelijk verteld dat daar veel meer wild zat dan in het park. Ik werd ontvangen door Reginald, een belg van 25. Hij stelde mij voor aan zijn baas Guy. Dat bleek een grijze, arrogante fransman die mij geen toestemming gaf in zijn jachtzone te zoeken, aangezien hij klanten had en er kogels in het rond zouden vliegen. Wel konden Joost en ik mee op een patrouille van de anti-stroperij-eenheid. Onderweg konden we zoeken naar poep. Zodoende werden wij die avond met een groep van zes 'ecoguards' 28 kilometer het park in gebracht. Daar zetten we een kamp op van klamboes en een vuurtje dat de wilde dieren op een afstand hield. We sliepen op een matje in het zand, wat boven verwachting comfortabel was. Vlak bij ons geïmproviseerde kampje hoorden we 's avonds een hyena en we werden wakker van het gebrul van een leeuw.

De volgende ochtend leidde de tocht door de bedding van de Mayo Faro en als er te veel water in stond liepen we door het bos. In de rivier lagen nijlpaarden en krokodillen. We vonden op een plek met verse leeuwensporen vijf vrij verse leeuwendrollen die we nog net van het rijzende water konden redden. Halverwege ging de patrouille onverwacht de weg op, het was namelijk te ver om door de rivier te blijven lopen. Dit bevreemde mij, want als stropers iets mijden, dan is het wel een weg (achteraf bleek het luiheid te zijn, iets wat ze doen als de baas niet meegaat). Op de weg was het tempo in combinatie met de temperatuur moordend. Rond de middag kwamen we bij de jachtzone aan, een prachtige ervaring en veel spierpijn rijker.

  • 03 Mei 2010 - 10:09

    Vincent:

    Hey halve neger!
    Klinkt alsof je daar wederom behoorlijk wat mee maakt! En ook al vrienden gemaakt :). Wat een stage kerel. Ik hoop dat je een hoop wijze lessen mee neemt uit Afrika!

  • 03 Mei 2010 - 16:35

    Jonne:

    Hi!
    Je maakt mooie, maar ook erge dingen mee, he.
    Leuk, eindelijk foto's. Heb je geen foto van Joost?
    Wij waren een week in J'lem en ik hoopte nog leden v.d. familie van Wijk tegen te komen, maar helaas. Doe hem de groeten.
    Liefs van ons!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Hermen

Blog op studereninleiden.nl: http://www.studereninleiden.nl/blog/Hermen/ 2e prijs fotowedstrijd Studie in beeld: http://www.studenten.leidenuniv.nl/nieuws/stoere-vrouwen-blijven-het-goed-doen.html Artikel in de Mare: http://www.mareonline.nl/artikel/0809/33/0701/ Bij NCRV Cappuccino: http://cml.leiden.edu/news/visser-cappuccino-leeuwen.html

Actief sinds 16 Jan. 2009
Verslag gelezen: 374
Totaal aantal bezoekers 101148

Voorgaande reizen:

01 Maart 2010 - 15 Mei 2010

Kameroen II

31 Januari 2009 - 27 Mei 2009

Kameroen I

Landen bezocht: